Ziektelastmeter COPD
De Ziektelastmeter COPD kunt u handig inzetten tijdens het consult. De Ziektelastmeter betrekt uw patiënt meer bij zijn of haar behandeling en geeft zowel u als de patiënt meer grip op de situatie. Voordeel van het gebruik via NHGDoc is dat alle relevante metingen, zoals geregistreerd in uw HIS, worden meegenomen. Dit bespaart u tijd! Daarnaast neemt NHGDoc ook voorgaande metingen mee. Zo ziet u én de patiënt dankzij de grijze ballonnen ook het verloop van de ziektelast.
Wat is de Ziektelastmeter COPD?
De Ziektelastmeter COPD geeft u en de patiënt inzicht in de belangrijkste factoren die de ziektelast van de patiënt bepalen aan de hand van een ballonnenschema. Het gaat in op de fysieke, emotionele, psychologische en/of sociale aspecten die een rol spelen bij de ervaren ziektelast. Hiervoor is de CCQ (Clinical COPD Questionnaire) uitgebreid met vragen over emotionele ervaringen en vermoeidheid. De verschillende aspecten worden beoordeeld aan de hand van een vragenlijst. Met behulp van de antwoorden op deze vragen wordt er een grafiek gegenereerd met 11 ballonnen. Deze ballonnen geven ieder een afzonderlijk aspect van de ziektelast weer. Met behulp van de kleuren van een ballon is makkelijk inzichtelijk gemaakt welk domein aandacht verdient.

Waar vind ik de Ziektelastmeter COPD?
- Open het patiëntendossier in uw HIS.
- Als bij een patiënt de episode R95 COPD is vastgelegd, komt de patiënt in aanmerking voor het bijhouden van de COPD ziektelastmeter.
- Klik op de NHGDoc knop.
- De startpagina van NHGDoc is nu zichtbaar, met de patiëntspecifieke adviezen.
- Klik op de ballonnen, rechts te vinden achter COPD.
-
De Ziektelastmeter COPD opent zich nu. U kunt samen met de patiënt het behandelplan doornemen.

De Ziektelastmeter COPD in 5 stappen
Als bij een patiënt de episode R95 COPD is vastgelegd, komt de patiënt in aanmerking voor het bijhouden van de COPD ziektelastmeter. Daarnaast is het van belang om de ziektelast te bepalen door het invullen van de twee vragenlijsten (één voor patiënt en één voor zorgverlener):
Een vragenlijst van 16 vragen die door patiënten wordt ingevuld.
Deze vragenlijst bestaat uit:
- 10 vragen van de CCQ: Clinical COPD Questionnaire.
- 4 vragen om in te gaan op alle aspecten van het begrip Ziektelast.
- 1 benauwdheidsvraag in (MRC).
- 1 beweegvraag.
De vragen zijn gekoppeld aan de NHG labcodes. De antwoorden op deze 16 vragen vult u in het HIS in, waar u ook uitslagen/bepalingen vastlegt.
Klik hier voor de vragenlijst voor patiënten.
Een vragenlijst van 6 vragen die door de zorgverlener wordt ingevuld.
Voorafgaand aan het consult vult u deze vragen in. Een deel van de vragen kan op basis van behandelgegevens uit het HIS worden gevuld.
Klik hier voor de vragenlijst voor zorgverleners.
Het ballonnenschema visualiseert de uitkomsten van de vragenlijst van patiënten en zorgverlener. De ballonnen zijn er in vier kleuren. De drie kleuren: groen, oranje en rood symboliseren hoe het met de patiënt gaat op dit moment.
Een grijze ballon symboliseert de score op het betreffende onderdeel tijdens de vorige meting. Handig, want hierdoor is het verloop van de ziektelast ook in één oogopslag duidelijk.
Door te klikken op de ballonnen, verschijnt er een behandeladvies om mee aan de slag te gaan. In onderstaand voorbeeld is geklikt op de ballon bewegen.
Op deze wijze kan er een gerichte behandeling plaatsvinden met als doel de ziektelast van de patiënt te verlagen. De behandeladviezen kunt u aanklikken om mee te nemen in het behandelplan. Het behandelplan kunt u via de knop onderaan de pagina terugvinden. Dit plan kunt u indien gewenst uitprinten en meegeven aan de patiënt.
Het individueel zorgplan bestaat uit twee delen. Het eerste deel is een “persoonlijk streefdoel”. De grootste compliantie met de behandeling wordt bereikt wanneer er een persoonlijk streefdoel aan het behandelplan wordt toegevoegd. Voorbeeld om beweging te bevorderen: “3x per dag 10 minuten de hond uitlaten”. U kunt het behandelplan uitprinten en meegeven aan de patiënt.
Het tweede deel is het “behandelplan”, zie afbeelding hieronder. Dit deel wordt gevuld door de aangevinkte adviezen uit het ballonschema (stap 4). U kunt op grond van het consult met de patiënt de behandeladviezen wijzigen en aanvullen, zodat de patiënt een op maat gemaakt behandelplan heeft.
Pas als bij een patiënt de episode COPD (ICPC R95) is vastgelegd, komt de patiënt in aanmerking voor het bijhouden van de Ziektelastmeter COPD. Daarnaast is het van belang om de ziektelast te bepalen door het verwerken van de vragenlijst van de patiënt en de vragenlijst voor u als zorgverlener.
Totstandkoming
De ziektelastmeter COPD is op initiatief van ‘PICASSO voor COPD’ en onder auspiciën van de Long Alliantie Nederland door de Universiteit van Maastricht ontwikkeld.